Gegeven het meetkundig gemiddelde M en het verschil V van twee onbekende getallen, het kleinste getal is A en het grootste getal is B. Gegeven het meetkundig gemiddelde M en de som S van twee onbekende getallen A en B. Gegeven de lengte van de aanliggende zijde A en het verschil V tussen de lengte van de schuine zijde C en de lengte van de overstaande zijde B van een rechthoekige driehoek, bereken de lengtes van de zijden. Gegeven de lengte van de aanliggende zijde A en de som S van de lengte van de schuine zijde C en de lengte van de overstaande zijde B van een rechthoekige driehoek, bereken de lengtes van de zijden. Gegeven de lengte van de schuine zijde C en het verschil V van de lengte van de aanliggende zijde A en de lengte van de overstaande zijde B van een rechthoekige driehoek, bereken de lengtes van de zijden. Gegeven de lengte van de schuine zijde C en de som S van de lengte van de aanliggende zijde A en de lengte van de overstaande zijde B van een rechthoekige driehoek, bereken de lengtes van de zijden.
top