Carbonzuren en vetzuren |
|
Carbonzuren:Carbonzuren zijn organische verbindingen
die als kenmerkende groep de carboxylgroep ( - COOH ) bezitten.
Deze groep is formeel een combinatie van een carbonylgroep en een
hydroxylgroep, maar door de mesomerie tussen de
л-binding van de carbonylgroep en de vrije elektronenparen van de
hydroxylgroep heeft de combinatie een geheel eigen karakter. De
carboxylgroep wordt daarom als een aparte functionele groep beschouwd.
Verbindingen die een carboxylgroep bevatten, kunnen gemakkelijk een proton
afstaan en dus als zuur reageren.
|
Ethaandizuur | oxaalzuur | oxalic acid | C2H2O4 | HO2CCO2H |
Propaandizuur | malonzuur | malonic acid | C3H4O4 | HO2CCH2CO2H |
Butaandizuur | barnsteenzuur | succinic acid | C4H6O4 | HO2C(CH2)2CO2H |
Pentaandizuur | glutaarzuur | glutaric acid | C5H8O4 | HO2C(CH2)3CO2H |
Hexaandizuur | adipinezuur | adipic acid | C6H10O4 | HO2C(CH2)4CO2H |
Heptaandizuur | pimelinezuur | pimelic acid | C7H12O4 | HO2C(CH2)5CO2H |
Octaandizuur | kurkzuur | suberic acid | C8H14O4 | HO2C(CH2)6CO2H |
Nonaandizuur | azelaïne | azelaic acid | C9H16O4 | HO2C(CH2)7CO2H |
Decaandizuur | sebacinezuur | sebacic acid | C10H18O4 | HO2C(CH2)8CO2H |
1,2-benzeen carbonzuur | ftaalzuur | phthalic acid | C8H6O4 |
De naam vetzuren is een algemene naam voor een
verbinding uit een niet geheel scherp omlijnde groep carbonzuren, waarvan
de voornaamste vertegenwoordigers de in natuurlijke oliën en vetten
voorkomende triglyceriden zijn: esters van glycerol waarvan alle drie de hydroxylgroepen met een vetzuur zijn veresterd.
Naar ketenlengte worden
onderscheiden korte keten vetzuren (C2-C6, dus met 2
tot 6 koolstofatomen), middenketen vetzuren (C8-C14,
met 8 tot 14 koolstofatomen), langketen vetzuren (C16-C22,
met 16 tot 22 koolstofatomen) en zeer langketen vetzuren (C22,
dus met meer dan 22 koolstofatomen).
De vetzuren zijn te onderscheiden in
o.a. verzadigde vetzuren (de alkaancarbonzuren), enkelvoudig onverzadigde
vetzuren (alkeencarbonzuren), meervoudig onverzadigde vetzuren en
alkynzuren (met drievoudige koolstof-koolstofbinding).
In natuurlijke oliën
en vetten komen van de verzadigde vetzuren vnl. voor die met een
onvertakte (lineaire) keten, bestaande uit een even aantal koolstofatomen
tussen 4 en 26. Dit vindt zijn oorzaak in de biochemische synthese en
afbraak volgens de vetzuurspiraal. Vertakte vetzuren en vetzuren met een
oneven aantal C-atomen komen in natuurlijke vetten zelden voor, het meest
nog isovaleriaanzuur. Mierenzuur of azijnzuur worden meestal niet tot de
vetzuren gerekend; cerotinezuur (met 26 C-atomen) en hogere homologen
worden (ook) waszuren genoemd.
Een essentieel vetzuur, vaak
afgekort tot EFA (v. Eng. essential fatty acid), is een vetzuur dat in het
menselijk of dierlijk organisme niet uit andere stoffen kan worden gevormd
en dat nodig is voor het normaal functioneren van het organisme.
Bij de
mens kunnen meervoudig onverzadigde vetzuren niet worden gevormd, tenzij
linolzuur in de voeding aanwezig is. Linolzuur, aanwezig in plantaardige
oliën, is daarom het essentiële vetzuur. Hieruit worden in het lichaam
linoleenzuur en arachidonzuur gevormd. Linolzuur en linoleenzuur zijn
nodig voor vorming van mitochondriën. Bovendien verlagen zij het
cholesterolgehalte in het bloed (zie ook atherosclerose).
Arachidonzuur is
het uitgangspunt voor de synthese van prostaglandines. Vele
deficiëntieverschijnselen kunnen worden teruggevoerd op het onvermogen van
het lichaam om prostaglandines te vormen bij onvoldoende aanbod van
linolzuur. Andere deficiëntieverschijnselen (bijv. haaruitval, storingen
in de bloedstolling) worden veroorzaakt door gebrek aan vetoplosbare
vitaminen (vit. A, D, E, K) bij vetloze of vetarme voeding; hierbij gaat
het om de afwezigheid van vet in de voeding en niet om de afwezigheid van
een bepaald vet of vetzuur.
De nomenclatuur van vetzuren volgt die van de carbonzuren. Een carbonzuur met 16 koolstofatomen wordt hexadecaanzuur genoemd. Als in deze koolstofketen een, twee of drie dubbele bindingen voorkomen, dan spreekt men respectievelijk van hexadeceenzuur, een hexadecadieenzuur en een hexadecatrieenzuur.
Enkele in de natuur voorkomende vetzuren zijn:
aantal koolstofatomen |
aantal dubbele bindingen |
systematische naam |
triviale naam |
structuur formule |
4 | 0 | butaanzuur | boterzuur | CH3(CH2)2CO2H |
6 | 0 | hexaanzuur | capronzuur | CH3(CH2)4CO2H |
8 | 0 | octaanzuur | caprylzuur | CH3(CH2)6CO2H |
10 | 0 | decaanzuur | caprinezuur | CH3(CH2)8CO2H |
12 | 0 | dodecaanzuur | laurinezuur | CH3(CH2)10CO2H |
14 | 0 | tetradecaanzuur | myristinezuur | CH3(CH2)12CO2H |
16 | 0 | hexadecaanzuur | palmitinezuur | CH3(CH2)14CO2H |
18 | 0 | octadecaanzuur | stearinezuur | CH3(CH2)16CO2H |
20 | 0 | icosaanzuur | arachinezuur | CH3(CH2)18CO2H |
16 | 1 | cis-Δ9-hexadeceenzuur | palmiteenzuur | |
3, 7, 11, 15 tetrametylhexadecaanzuur 3,7,11,15-tetramethylhexadecanoic acid |
phytaanzuur | C20H40O2 | ||
2, 6, 10, 14 tetramethylpentadecaanzuur 2,6,10,14-tetramethylpentadecanoic acid |
pristaanzuur | |||
pipecolinezuur | C6H11NO2 | |||
18 | 1 | cis-Δ9- octadeceenzuur |
oliezuur | |
18 | 1 | 12-hydroxy-cis-Δ9- octadeceenzuur |
ricinolzuur | |
18 | 2 | cis,cis,Δ9,Δ12, octadecadieenzuur |
linolzuur | |
18 | 3 | all cis-Δ9,Δ12,Δ15,- octadecatrieenzuur
|
linoleenzuur | |
20 | 1 | Cetoleïnezuur | ||
20 | 4 | arachidonzuur | ||
20 | 5 | eicosapentaeenzuur | ||
22 | 1 | nervonzuur | ||
22 | 6 | docosahexaeenzuur |
De biosynthese van vetzuren vindt plaats op de cytoplasmamembranen in het endoplasmatisch reticulum. Vetzuren worden opgebouwd uit acetyl-eenheden die tijdens de biosynthese als thioëster overgedragen worden op een synthese eiwit ( ACP : Acyl Carrier Protein ). Tijdens elke cyclus van de biosynthese wordt een acetylgroep aan een vetzuurketen gekoppeld door middel van een reactie die sterk verwant is aan de Claisen-condensatie.
Als eerste stap wordt in acetyl coënzym A een carboxylgroep aangebracht door een carboxylase enzym dat daarvoor gebruik maakt van het coënzym biotine.
In de tweede stap wordt het gevormde malonylcoënzym A en een tweede molecuul acetylcoënzym A via een omestering overgedragen op twee thiolgroepen van het synthese eiwit ACP.
In de derde stap vindt er een condensatie reactie plaats onder afsplitsing van kooldioxide.
In de vierde stap wordt de beta-ketoacylgroep gereduceerd tot een beta-hydroxyacylgroep, waarbij het gevormde asymmetrische koolstof atoom de R-configuratie krijgt.
Stap vijf : dehydratering geeft vervolgens een transdubbele binding.
Stap 6 : deze transdubbele verbinding wordt door NADPH vervolgens verder gereduceerd tot een verzadigde keten.
Al deze reactiestappen verlopen enzym - gekatalyseerd. Daarna kan in een volgende cyclus een nieuwe acetyleenheid in de keten worden ingebouwd. Hiervoor moet eerst de butyrylgroep die na de stappen 4,5 en 6 is gevormd, omgeësterd worden op een andere thiolgroep ( stap 7 ), waarna op de vrijgekomen thiolgroep opnieuw een malonylgroep kan worden overgedragen ( stap 8 ), en een volgende Claisen-type condensatie kan plaatsvinden ( stap 9 ).
Na reductie van de ketogroep en dehydratatie en reductie van de dubbele binding is een carbonzuurrest met zes koolstofatomen gevormd. Deze wordt weer omgeësterd op de andere thiolgroep waarna het proces opnieuw kan beginnen.
Bij elke reactiecyclus worden op deze wijze en in deze volgorde steeds twee koolstofatomen aan het vetzuur toegevoegd. Dit kan gemiddeld acht of negen cycli doorgaan waarna resp. het palmitaat of stearaat van het synthese eiwit verwijderd wordt. Na de synthese kan verestering met glycerol plaatsvinden of kan het vetzuur worden omgezet in andere producten.
De in vetzuren opgeslagen energie kan weer gemobiliseerd worden door afbraak van het vetzuur tot acetyl CoA dat in de citroenzuurcyclus verder verbrand kan worden tot kooldioxide.
De afbraak van vetzuren verloopt in grote lijnen volgens een proces dat omgekeerd is aan de synthese van vetzuren . Er zijn echter een aantal kenmerkende verschillen.
De afbraak vindt plaats in de mitochondriën ( de zeer lange keten vetzuren in de peroxisomen ) en de vetzuren die afgebroken worden, zijn veresterd met coënzym A en niet met ACP en voor de afbraakreacties worden andere coënzymen gebruikt.