info R16

Renault 16

Als we kijken naar de productie van Renault in de jaren voor de Tweede Wereldoorlog (1940-1945), dan zien we voornamelijk grote auto's met viercilinder-, zescilinder- of achtcilindermotoren. Pas in 1937 werd in de vorm van de Juvaquatre de eerste echte kleine Renault geïntroduceerd. Na de Tweede Wereldoorlog werd gekozen voor weer een kleine auto en bleef het ontwerp voor een grotere auto op de plank liggen.

Die grotere auto verscheen echter als een sterk gewijzigde vorm als Renault Frégate in november1950. Die auto had een 2,0 literuitvoering van de bekende kopklepmotor van voor de Tweede Wereldoorlog, die gebruikt werd in auto's, bestelwagens, lichte bedrijfswagens en in landbouwtractoren. De Frégate moest concurreren met de populaire citroën Traction Avant en later de Citroën DS.

De Frègate werd echter niet wat Renault ervan verwacht had. Er verschenen verschillende uitvoeringen, met en zonder automaat en ook als stationcar (Domaine en Manior). In 1960 hield Renault het avontuur Frégate voor gezien. Vanaf dat moment had het Franse staatsbedrijf geen echt topmodel meer in het programma.

Er werden in de tussentijd contracten afgesloten met Rambler in de Verenigde Staten. Renault assembleerde van 1962 tot 1967 een grote Amerikaanse auto, die ook door de Renaultagenten verkocht werd. Maar het was natuurlijk allesbehalve een Renault. Renault zelf was echter met een baanbrekende auto bezig. lndecemberl964 werd voor het eerst de komst van die grote nieuweling aangekondigd. Op de Autosalon van Genève in maart 1965 was hij voor het eerst te zien: de Renault 16. in de Verenigde Staten. Renault assembleerde van 1962 tot 1967 een grote Amerikaanse auto, die ook door de Renaultagenten verkocht werd. Maar het was natuurlijk allesbehalve een Renault. Renault zelf was echter met een baanbrekende auto bezig. lndecemberl964 werd voor het eerst de komst van die grote nieuweling aangekondigd. Op de Autosalon van Genève in maart 1965 was hij voor het eerst te zien: de Renault 16. de Verenigde Staten. Renault assembleerde van 1962 tot 1967 een grote Amerikaanse auto, die ook door de Renaultagenten verkocht werd. Maar het was natuurlijk allesbehalve een Renault. Renault zelf was echter met een baanbrekende auto bezig. lndecemberl964 werd voor het eerst de komst van die grote nieuweling aangekondigd. Op de Autosalon van Genève in maart 1965 was hij voor het eerst te zien: de Renault 16. Er werden in de tussentijd contracten afgesloten met Rambler in de Verenigde Staten. Renault assembleerde van 1962 tot 1967 een grote Amerikaanse auto, die ook door de Renaultagenten verkocht werd. Maar het was natuurlijk allesbehalve een Renault. Renault zelf was echter met een baanbrekende auto bezig. lndecemberl964 werd voor het eerst de komst van die grote nieuweling aangekondigd. Op de Autosalon van Genève in maart 1965 was hij voor het eerst te zien: de Renault 16. de Verenigde Staten. Renault assembleerde van 1962 tot 1967 een grote Amerikaanse auto, die ook door de Renaultagenten verkocht werd. Maar het was natuurlijk allesbehalve een Renault. Renault zelf was echter met een baanbrekende auto bezig. lndecemberl964 werd voor het eerst de komst van die grote nieuweling aangekondigd. Op de Autosalon van Genève in maart 1965 was hij voor het eerst te zien: de Renault 16. in de Verenigde Staten. Renault assembleerde van 1962 tot 1967 een grote Amerikaanse auto, die ook door de Renaultagenten verkocht werd. Maar het was natuurlijk allesbehalve een Renault. Renault zelf was echter met een baanbrekende auto bezig. lndecemberl964 werd voor het eerst de komst van die grote nieuweling aangekondigd. Op de Autosalon van Genève in maart 1965 was hij voor het eerst te zien: de Renault 16. de Verenigde Staten. Renault assembleerde van 1962 tot 1967 een grote Amerikaanse auto, die ook door de Renaultagenten verkocht werd. Maar het was natuurlijk allesbehalve een Renault. Renault zelf was echter met een baanbrekende auto bezig. lndecemberl964 werd voor het eerst de komst van die grote nieuweling aangekondigd. Op de Autosalon van Genève in maart 1965 was hij voor het eerst te zien: de Renault 16. Er werden in de tussentijd contracten afgesloten met Rambler in de Verenigde Staten. Renault assembleerde van 1962 tot 1967 een grote Amerikaanse auto, die ook door de Renaultagenten verkocht werd. Maar het was natuurlijk allesbehalve een Renault. Renault zelf was echter met een baanbrekende auto bezig. lndecemberl964 werd voor het eerst de komst van die grote nieuweling aangekondigd. Op de Autosalon van Genève in maart 1965 was hij voor het eerst te zien: de Renault 16. de Verenigde Staten. Renault assembleerde van 1962 tot 1967 een grote Amerikaanse auto, die ook door de Renaultagenten verkocht werd. Maar het was natuurlijk allesbehalve een Renault. Renault zelf was echter met een baanbrekende auto bezig. lndecemberl964 werd voor het eerst de komst van die grote nieuweling aangekondigd. Op de Autosalon van Genève in maart 1965 was hij voor het eerst te zien: de Renault 16. in de Verenigde Staten. Renault assembleerde van 1962 tot 1967 een grote Amerikaanse auto, die ook door de Renaultagenten verkocht werd. Maar het was natuurlijk allesbehalve een Renault. Renault zelf was echter met een baanbrekende auto bezig. lndecemberl964 werd voor het eerst de komst van die grote nieuweling aangekondigd. Op de Autosalon van Genève in maart 1965 was hij voor het eerst te zien: de Renault 16. de Verenigde Staten. Renault assembleerde van 1962 tot 1967 een grote Amerikaanse auto, die ook door de Renaultagenten verkocht werd. Maar het was natuurlijk allesbehalve een Renault. Renault zelf was echter met een baanbrekende auto bezig. lndecemberl964 werd voor het eerst de komst van die grote nieuweling aangekondigd. Op de Autosalon van Genève in maart 1965 was hij voor het eerst te zien: de Renault 16. Er werden in de tussentijd contracten afgesloten met Rambler in de Verenigde Staten. Renault assembleerde van 1962 tot 1967 een grote Amerikaanse auto, die ook door de Renaultagenten verkocht werd. Maar het was natuurlijk allesbehalve een Renault. Renault zelf was echter met een baanbrekende auto bezig. lndecemberl964 werd voor het eerst de komst van die grote nieuweling aangekondigd. Op de Autosalon van Genève in maart 1965 was hij voor het eerst te zien: de Renault 16.

De Renault 16 was een zeer revolutionaire wagen. De Renault 16 had een vijfde deur, die al was geïntroduceerd bij de Renault 4, die vier jaar voor de Renault 16 was uitgekomen. Toch was het volledig nieuw, dat een auto met dergelijke afmetingen een carrosserie had met een vijfde deur. Al heel snel werd Renault voor zijn vooruitstrevendheid beloond. De Renault 16 werd door een internationale jury van 32autojournalisten uitgeroepen tot 'Auto van het jaar'. 'De uitzonderlijke wegligging, de absolute voorrang die aan de veiligheid van de passagiers is gegeven, en de mogelijkheid de ruimte binnenin naar eigen inzicht in te delen, geven hem een volstrekt unieke plaats in de wereld van de automobiel', luidde een foldertekst die de volledige waarheid bevatte.

De motor van de Renault 16 was niet weer een vergrote uitvoering van de oorspronkelijke motor uit de 4CV, maar een totaal nieuw ontwikkelde motor. Die motor was geheel van aluminium, met een cilinderinhoud van 1470 cc. De plaats van de motor was vergelijkbaar met die van de Renault4. Het motorblok lag tussen de passagiersruimte en de vooras en de versnellingsbak was daar weer voor geplaatst. Dat maakte een vloerpook niet mogelijk. De Renault 16 had dan ook een plezierig schakelende stuurversnelling.

Het veersysteem was in verzwaarde vorm ook overgenomen uit de Renault 4. Dit wil zeggen: torsiestaven bij voorwielen en achterwielen. Doordat de torsiestaven van de achterwielen behoorlijk dik waren, veroorzaakten ze een verschil in wielbasis van maar liefst 7 cm. Dat verschil was duidelijk aan de buitenkant van de auto te zien.

Uniek was ook de manier waarop het interieur naar wens kon worden aangepast. Maar liefst zeven opstellingen waren mogelijk. Bij normaal gebruik was er een bagageruimte van 346 liter en konden er vijf personen in de auto vervoerd worden. Door de achterbank in zijn geheel naar voren te plaatsen, groeide de ruimte tot 424 liter. Met de achterbank naar voren kon de voorzitting helemaal tegen de achterbank geschoven worden, zodat een baby veilig op de achterbank kon liggen.

De bagageruimte kon nog eens extra worden vergroot door de zitting van de achterbank weg te klappen en de rugleuning aan het plafond te hangen. Zo ontstond er een ruimte van 750 liter. De meeste laadruimte bood de Renault 16 als de hele achterbank, inclusief de hoedenplank, werd verwijderd. Dan was er maar liefst 1200 liter aan ruimte. Verder had de Renault l6 in de GLS-uitvoering (Grand Luxe Super) verstelbare rugleuningen, die een volledige slaapstand mogelijk maakten. De zevende mogelijkheid was de rallystand, waarbij de rugleuning van de achterbank schuin stond en de rugleuning van de stoel daarop aansloot. Zo kon de passagier tijdens een rit lekker uitrusten.

De Renault 16 was van 1juni 1965 af te koop. De allereerste serie was te herkennen aan de gril. Het Renault-embleem ontbrak. Dat werd pas van model 1967 gemonteerd. De eerste jaren veranderde er weinig. De GL en GLS bleven leverbaar en in 1967 het instrumentenpaneel licht gewijzigd. Drie jaar na de introductie op de salon van Genève in 1968, verscheen een belangrijke uitbreiding in de vorm van de Renault 16 TS. Nieuw was de grotere en vooral sterkere motor. zowel de boring als de slag van de 1,5 litermotor te vergroten, werd een cilinderinhoud van 1565 cc verkregen. Bovendien werd een dubbele Weber-carburateur toegepast, waardoor er vermogen geproduceerd werd van 83 pk. De prestaties verbeterden aanzienlijk: de maximumsnelheid werd 160 km/h.

Uiterlijk was de Renault 16 TS nauwelijks van zijn goedkopere broertjes te onderscheiden. Behalve het typeplaatje had hij alleen verstralers op de bumpers. De auto had de luxe uitvoering van de GLS en een volledig nieuw instrumentenpaneel. Dat bestond uit vier ronde klokken meteen toerenteller, een snelheidsmeter, een laadcontrolemeter, een koelvloeistof-temperatuurmeter en een benzinemeter. Verder zaten er natuurlijk de nodige controlelampjes in.

Een jaar later, in maart 1969, werd het programma verder uitgebreid met een model met een automatische versnelling, de Renault l6TA.De nieuwe automatische versnellingsbak had een elektronisch brein dat het schakelmoment bepaalde en vervolgens het schakelen hydraulisch uitvoerde. Als motor werd gekozen voor de 1565 cc-motor uit de Ts, echter zonder de dubbele carburateur.

Voor het modeljaar 1970 werden alleen de instrumentenpanelen onderhanden genomen. Alle typen kregen extra uitstroomopeningen voor de verwarming en het instrumentenpaneel van TS werd verbreed om plaats te maken voor een elektrisch klokje.

Een van de 'meesterwerken' van Renault, de origineel uitgevoerde 16.

In 1970 onderging de Renault 16 een aantal uiterlijke en innerlijke wijzigingen. Het belangrijkste nieuwtje bestond uit de strakkere achterlichten met daarboven een doorgetrokken, zwarte lijn, die gedeeltelijk met de achterklep omhoog scharnierde. De GL en GLS werden vervangen door de L en TL, die verder de grotere 1565 cc-motor van 67pk uit de TA kregen. Ook de TA verdween. De automatische versnellingsbak werd een keuzemogelijkheid voor zowel de L en TL als voor de TS. Bovendien werd het interieur herzien. De stoelen kregen een andere vorm en in de TS werd tegen meerprijs leren bekleding leverbaar.

In een aantal landen werden de zogenoemde 16 TS Super en 16 TS Super met automaat geleverd. Deze auto's hadden naast de complete standaarduitrusting van de 16 TS een reeks aan extra's, zoals leren bekleding, een schuifdaken lichtmetalen velgen.

Vanaf modeljaar 1974 hadden de Renaults 16 hun typeplaatje niet meer op de zijkanten. De 16 TS zag er voortaan hetzelfde uit als de TL, omdat de verstralers verdwenen. Op de TS zaten voortaan de zogenaamde Kangouroulampen: koplampen met verstralers ingebouwd.

Belangrijk nieuws was de verschijning van de 16TX, een auto die een aantaljaren het topmodel van Renault zou zijn. Meer vermogen en trekkracht, zuiniger en nog comfortabeler waren de hoofdkenmerken van dit model. Extra vermogen en trekkracht werd bereikt door een sterkere motor. Het zuiniger rijden kwam door een beter rendement, het toepassen van een vijfde versnelling en de spoiler boven de achterklep. Het verhoogde comfort werd bereikt door het lagere geluidsniveau van de motor en een aantal nieuwe accessoires.

De motorinhoud werd ten opzichte van de TS met 82 cc verhoogd tot 1647 cc. Het vermogen steeg naar 93 pk, zodat een maximumsnelheid van meer dan 170 km/h kon worden gehaald. De 16 TX had bovendien dubbele koplampen met daaronder bredere richtingaanwijzers en stadslichten, waardoor de auto er mooier uitzag. Het uiterlijk werd verder verfraaid door Gordini-velgen.

Ook een nieuwtje was de centrale portiervergrendeling. Met één beweging werden de vier portieren elektromagnetisch vergrendeld of ontgrendeld. De uitvoering was verder bijzonder compleet, met een verwarmde achterruit, een wisser/sproeier op de achterruit, rolgordels, elektrisch bediende voorportierramen, nieuwe velours bekleding op de stoelen en de achterbank, en het sportieve instrumentenpaneel uit de 16TS.

De TX blies de 16-serie weer nieuw leven in en werd weldra een fel begeerde auto. Wat comfort en rij gemak betreft, kon hij zich meten met veel duurdere en grotere auto's. Het werd intussen duidelijk, dat een grote auto met vijf deuren volledig geaccepteerd was.

Voor 1975 bleven de veranderingen beperkt tot een zwarte kunststof gril voor de L, TL en TS. Alle Renauts 16, inclusief de nieuwe TX, konden tegen meerprijs worden voorzien van een automatische versnellingsbak.

De Renault 16 L werd voor zijn laatste leveringsjaar, 1976, aangeboden ineen wat uitgeklede uitvoering zonder wieldoppen. Het vermogen van de 1,6 liter motor werd door het verlagen van de compressieverhouding teruggebracht tot 55 pk. Deze motor nam genoegen met normale benzine. De TL was naar keuze leverbaar met deze motor of met de bekende motor van 66 pk. Ook de 16 TS naderde in 1976 het einde van zijn carrière. De komst van de TX had dit model, dat nauwelijks goedkoper was, overbodig gemaakt.

Het programma van l977 bestond uit de TL met een motor van 55 pk of 66 pk, de TL-automaat met 68 pk en de TX met een vijfversnellingsbak of automaat. De TL-automaat had de 1647cc-motormet één enkele carburateur gekregen.

Voor1979en 1980 verdween de zwakst gemotoriseerde uitvoering van 55 pk. Tot aan het eind van de productie in de loop van 1980, bleef er de keus tussen de 1565 cc-TL, de 1647cc-TL automaat en de 1647cc-TX. Temidden van de andere Renaults in het programma van 1980, zoals de 5, 14, 18, 20 en 30, maakte de 16 een sterk verouderde indruk.

In de 15 jaar van zijn productie is de Renault 16een trendsetter geweest. Auto's als de Renault 20,30 en 25 mogen als directe opvolgers van de Renault l6 gezien worden. Maar ook bij andere merken waren grotere auto's met een derde of een vijfde deur aan te wijzen, die direct dit concept van de succesvolle Renault 16 hadden gekopieerd. De Renault 16 was echter de eerste en zal als zodanig nog lang geëerd worden.

Wat gegevens omtrent de Renault 16 GL die genoemd worden in de folder uit 1968.

GEWICHT:

Leeggewicht, rijklaar 980 kg.

Draaicirkel: 5 meter

Een ideale combinatie van motor en versnellingsbak. de aluminium 4 cilinder motor van de Renault 16 heeft een 5 maal gelagerde krukas en levert een vermogen van 64 pk bij 5000 omw/min, een cilinderinhoud van 1470 cm³en een compressie verhouding van 8,6 : 1. De cilindervoeringen zijn uitneembaar. 2 Schijfremmen voor en 2 trommelremmen achter. De Renault heeft en vergebruik van 9,5 liter per 100 km bij een kruissnelheid van 85 km/u.